maandag, december 18, 2006

Zalm

Zoals elke jongen droomde ik van een bestaan als mensenredder, popheld of stervoetballer, en met name dat laatste pleitte, gezien mijn overduidelijke gebrek aan talent, voor mijn vermogen tot fantaseren. Maar er was nog iets dat ik koesterde en angstvallig voor de buitenwereld verborgen hield: de wetenschap dat ik door God was uitverkoren tot Iets Groots. Hij had het me zelf ingefluisterd. Als een protestants-christelijke Harry Potter avant la lettre zou ik de eerste jaren van mijn leven slijten in anonimiteit, waarna God's plan in al zijn grootsheid aan mij en de wereld zou worden geopenbaard. De frustratie van hoe het uiteindelijk toch nog helemaal fout ging heb ik ooit proberen te verwerken door het schrijven van een gedicht.


Zalm

Het slome stadje waar ik ben geboren,
kent in de Molenweg zijn sloomste straat.
Zelf was ik ook vrij sloom, en inderdaad:
de Molenweg, daar leek ik thuis te horen.

Maar God had kleine Robbie aangepraat,
dat in de straat een kind was uitverkoren
om ooit tot 's lands elite te behoren.
Die wetenschap genas mijn spleen probaat.

De jaren kwamen en de goden gingen,
Maar God's belofte liet zich niet verdringen.
Toen kwam Hij terug en brak de laatste halm.

Het nieuwe kabinet was aangetreden.
Daar stond hij, één der prominentste leden:
die jongen van de buren, Gerrit Zalm.

Inderdaad, de goddelijke flits was twee huizen te ver naar links gericht. Dat Gerrit Zalm het uiteindelijk slechts tot minister heeft gebracht is louter te wijten aan het feit dat hij er eigenlijk niet voor in de wieg gelegd was.
Omdat het in huize Zalm vaak nogal druk was, maakte de kleine Gerrit zijn huiswerk bij zijn oma, die vlak naast ons woonde. Het waren kleine, gehorige huisjes en iedere keer als Gerrit de trap op stormde, kroop ik angstig wat dieper onder de dekens, omdat het net leek of er een enge man bij ons naar boven denderde. Om toch nog een pathetisch graantje van Gerrit's roem mee te snoepen, heb ik jaren geroepen dat ik de eerste Nederlander was die bang was voor Gerrit Zalm, maar een paar jaar geleden hoorde ik dat hij zijn huiswerk altijd aan de huiskamertafel maakte en eigenlijk nooit boven kwam. Zo werd uiteindelijk niet alleen mijn fantasie, maar ook mijn werkelijkheid me nog ontnomen.

zaterdag, december 16, 2006

Wetenschap

Een kop waar je je kont niet in kunt keren,
zo’n knappe bol, heeft kennis bij de vleet,
waardoor hij in zijn ijdelheid vergeet
dat ook onwetendheid valt aan te leren.

‘Voortschrijdend inzicht’ is zo’n mooie kreet
waar mensen graag hun kennis mee poneren
maar dit is wat ze werkelijk beweren:
'Ik wist het niét, dat is wat ik nu weet.'

Misschien dat we het leven beter snappen
wanneer we stukjes van ons weten schrappen
en breken met de dwang van feit en wet.

Waarom het onbekende niet beleden?
Er zijn al veel te veel voorspelbaarheden,
zoals het slot van dit vormvaste veertienregelige gedicht.


Dit gedicht is geschreven voor de prijsvraag 'Dichter bij de waarheid' en is opgenomen in het boekje 'Tegen beter weten' uit 2000 (ISBN 90-805676-1-2)